DUO - Dienst Uitvoering Onderwijs

Brongegevens

Korte omschrijving
Gegevens over het aantal leerlingen naar onderwijssoort
Formele naam
Onderwijsinstellingen
Bronhouder
Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO)
Herkomst
Register
Schaalniveau
Postcode
Dekkingsgraad
Landelijk
Peildatum
1 oktober
Frequentie
Jaarlijks
Actualiteit
Omstreeks februari worden de cijfers over het lopende schooljaar beschikbaar gesteld
Sterke kanten
Laag schaalniveau, registratiegegevens
Zwakke kanten
Er is voor basis- en hoger onderwijs geen directe relatie te leggen met de woonplaats van de leerlingen
Alternatieven
CBS Leerlingen
Trefwoorden
Basisonderwijs, voortgezet onderwijs, scholen, (Cumi-)leerlingen
Opmerkingen
De cijfers van DUO hebben betrekking op de postcode en gemeente waar de scholen gevestigd zijn. Alleen de cijfers over MBO en schoolverlaters worden weergegeven per woongemeente van de leerlingen. Deze zijn dus niet goed te combineren met de overige data van DUO. De cijfers van de bron CBS Leerlingen hebben betrekking op de woongemeente van de leerlingen.

Omschrijving

Het DUO, een agentschap van het Ministerie van Onderwijs, beschikt over een bestand van alle soorten scholen. Deze zijn samen genomen in een aantal groepen en per postcodegebied geteld. Als de gegevens betrekking hebben op een jaar wordt het schooljaar van het voorgaande jaar en het betreffende jaar bedoeld. Bijvoorbeeld met het jaar 2017 wordt het schooljaar 2017-2018 bedoeld.

Definities

Basisonderwijs

Per 1 augustus 2006 is de huidige gewichtenregeling in werking getreden. Leerlingen krijgen op grond van bepaalde criteria een gewicht, de zogenaamde gewichtenregeling. De huidige criteria zijn:

  1. gewicht 0,3 voor leerlingen waarvan beide ouders een opleiding heeft gehad uit categorie 2 (Maximaal lbo/vbo, praktijkonderwijs of vmbo basis of kaderberoepsgerichte leerweg)
  2. gewicht 1,2 voor leerlingen waarvan één van de ouders een opleiding heeft gehad uit categorie 1 (maximaal basisonderwijs of (v)so-zmlk) en de ander een opleiding uit categorie 1 óf 2

Tot 1 augustus 2006 werd de onderstaande gewichtenregeling gehanteerd:

  1. gewicht 0,25 voor Nederlandse leerlingen van ouders met een laag opleidingsniveau
  2. gewicht 0,40 voor schipperskinderen
  3. gewicht 0,70 voor woonwagen- en zigeunerkinderen
  4. gewicht 0,90 voor allochtone leerlingen van ouders met een laag opleidings- en beroepsniveau
  5. geen gewicht voor alle overige kinderen

De scholen ontvangen door deze regeling extra personele en materiele faciliteiten.

Speciaal basisonderwijs

Er zijn ook scholen voor speciaal voortgezet onderwijs. Die zijn er voor lichamelijk gehandicapte, slechthorende of slechtziende leerlingen of langdurig zieke leerlingen. Daarnaast zijn er jongeren voor wie het moeilijk is met een diploma van school te komen, ook als ze zoveel mogelijk extra hulp krijgen. Voor hen is er praktijkonderwijs.

VMBO

Het vmbo duurt vier schooljaren en kent vier leerwegen. Het zijn de theoretische, gemengde, kaderberoepsgerichte en basisberoepsgerichte leerweg. Elke leerweg biedt andere doorstroommogelijkheden in het middelbaar beroepsonderwijs (mbo). De eerste drie leerwegen liggen het dichtst bij elkaar. Ze sluiten aan op niveau 4 en niveau 3 in het mbo. De vierde leerweg is de basisberoepsgerichte. Die geeft toegang tot niveau 2 in het mbo. Behalve leerwegen kent het vmbo vier sectoren met vaste vakkenpakketten: techniek zorg en welzijn economie landbouw. Voor een sector kiezen leerlingen meestal aan het einde van het tweede leerjaar. Binnen de vier sectoren zijn er in totaal veertien afdelingen die elk een specialisatie bieden. Bijvoorbeeld bouwtechniek of verzorging. In het Voortgezet onderwijs zijn het aantal vestigingen per onderwijsniveau gegeven. Het totaal aantal vestigingen in het Voortgezet onderwijs kan uit deze gegevens niet berekend worden. Dit komt doordat vestigingen één of meer onderwijsniveaus bevatten; er zouden dubbeltellingen optreden.

Schematisch overzicht van onderwijssoorten

  1. De schoolsoorten vwo, havo, vmbo en praktijkonderwijs behoren allen tot het voortgezet onderwijs.
  2. Assistentopleiding, basisberoepsopleiding, vakopleiding, middenkaderopleiding en specialistenopleiding behoren tot het middelbaar beroepsonderwijs.
  3. Hbo, wo en de Open Universiteit behoren tot het hoger onderwijs.
  4. Volwassenonderwijs kent vier soorten opleidingen: voortgezet algemeen volwassenonderwijs (vavo), Nederlands als tweede taal (NT2), breed maatschappelijk functioneren en sociale redzaamheid. Deze opleidingen worden niet op alle niveaus aangeboden.

Afkortingen

  1. bbl: beroepsbegeleidende leerweg (voorheen leerlingwezen)
  2. bol: beroepsopleidende leerweg (voorheen mbo)
  3. cfi: Centrale Financien Instellingen
  4. havo: hoger algemeen voortgezet onderwijs
  5. hbo: hoger beroepsonderwijs
  6. ho: hoger onderwijs
  7. ilt: Integrale leerlingtelling
  8. (i)vbo: (individueel) voorbereidend beroepsonderwijs
  9. lom: leer en opvoedingsmoeilijkheden
  10. lwoo: leerwegondersteunend onderwijs (voorheen ivbo, vanaf 1999/00 inclusief vso-lom
  11. mavo: middelbaar algemeen voorgezet onderwijs
  12. mbo: middelbaar beroepsonderwijs (bol+bbl)
  13. mik: moeilijk lerende kinderen
  14. po: primair onderwijs
  15. pro: praktijkonderwijs (vanaf 1999/00, voorheen vso-mlk)
  16. sbao: speciaal basisonderwijs
  17. so: speciaal onderwijs
  18. svo: speciaal voortgezet onderwijs (vso-lom+vso-mlk)
  19. vavo: voortgezet algemeen volwassenenonderwijs
  20. vbo: voorbereidend beroepsonderwijs
  21. vmbo: voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (samenvoeging van mavo,vbo,lwoo,pro)
  22. vo: voortgezet onderwijs
  23. vso: voortgezet speciaal onderwijs
  24. vwo: voorbereidend wetenschappelijk onderwijs
  25. wo: wetenschappelijk onderwijs